Joel & Emre
“We zijn een gouden combi”
De een is moslim, de ander joods. Maar hun religieuze achtergronden staan op geen enkele manier in de weg. Supermarktmanager Emre Doker en plaatsvervangend supermarktmanager Joël Boeken geven samen leiding aan een Lidl-filiaal én zijn goed bevriend geraakt. Samen vertellen ze over hun werk, team en vriendschap.
Vrienden
Emre: „Bij Lidl voelde ik mij meteen thuis. Ik had daarvoor bij verschillende andere supermarktketens gewerkt, maar dit was anders. Hoe moet ik het zeggen? Bij Lidl werken mensen uit verschillende herkomstlanden, het is multicultureel; dat geeft een leuke sfeer. Daarnaast is er ruimte voor eigen initiatieven. Niet alles ligt vooraf vast, ik voel me vrijer.” Joël: „Dat herken ik. Ik kom uit een ondernemersfamilie – mijn ouders hebben een groothandel in groenten en fruit en leveren aan de horeca – dus ik was niet gewend een leidinggevende boven me te hebben. We deden alles samen. Bij Lidl bleek dat ook zo te zijn, de overstap voelde daardoor heel natuurlijk.” Emre: „Jij kwam bij ons werken toen we in Amstelveen net een derde filiaal erbij hadden. Dat was even schakelen, aanvankelijk werd het iets rustiger in de winkel. Samen besloten we toen nog meer te focussen op de ontwikkeling van onze medewerkers, zodat iedereen overal inzetbaar zou zijn, maar ook om te zien waar ieders individuele kwaliteiten lagen. Nu hebben we een nog sterker en stabieler team dat altijd voor elkaar klaarstaat en voor elkaar wil inspringen.” Joël: „Iedereen voelt zich verantwoordelijk, de sfeer is goed.” Emre: „Communicatie is daarbij ook belangrijk…” Joël: „Jij bent erg goed in people management: hoe neem je collega’s méé in je team. Dat doe je op heel natuurlijke wijze. Daar leer ik van. Ik ben directer.” Emre: „Maar wel weer handig met cijfers. Je hebt me al regelmatig op weg geholpen met cijfers en nieuwe computersystemen. Dan speelt leeftijdsverschil ineens even een rol: in mijn tijd was op het mbo nauwelijks les daarin. Maar hierdoor zijn we een gouden combi, vind ik. We zijn ook echt bevriend geraakt.”
Zonsondergang
Joël: „Terwijl ik praktiserend joods ben en jij moslim. Had jij dat ooit gedacht?” Emre: „Eerlijk, ik zei laatst nog tegen mijn vrouw: ‘Ik had nooit verwacht zó gehecht te raken aan iemand van joodse komaf. Het zou natuurlijk allemaal niet moeten uitmaken. Gelukkig kunnen wij de politiek achter ons laten.” Joël: „Tijdens mijn sollicitatiegesprek heb ik gelijk open kaart gespeeld. Gezegd dat ik niet werk op joodse feestdagen, vrijdagavond of sabbat: zaterdag, onze rustdag. Ik vond het spannend: ga ik een werkgever vinden die instemt met deze wensen? In supermarkten is zaterdag nota bene de drukste dag. Maar bij Lidl – mijn eerste en enige sollicitatiegesprek – werd aangegeven dat dit geen probleem hoefde te zijn. Vervolgens kreeg ik een warm welkom in jouw filiaal.” Emre: „Ik voelde gelijk een klik. Voor mij is de vrijdag heilig, dat is de dag waarop wij naar de moskee gaan. Dat lukt niet altijd, maar je gaf aan die dag dan altijd te willen werken. En zo gaat het. Voordat jij de sabbat ingaat, app je me: Emre let even hier en hier op. Andersom doe ik dat op donderdag.” Joël: „Onze geloofsovertuigingen lijken in de basis ook meer op elkaar dan we dachten. Zo volgen ze beide de maankalender en kennen ze overeenkomstige profeten, zoals Mozes. Tijdens de lunch wordt heus weleens gediscussieerd, bijvoorbeeld over wat men gelooft dat er na de dood is. In ons team hebben we ook collega’s die protestants koptische christen, rooms-katholiek en hindoe zijn – dat is juist leuk.” Emre: „Zeker, en ook tussen bijvoorbeeld moslims onderling wordt gediscussieerd. Laatst ging dat over een vertaling in de Koran. En er wordt gelachen. We leren van elkaar.” Joël: „Zo weet ik nu dat ik tijdens de ramadan praktiserende moslims beter geen ochtenddienst kan geven. Ze mogen pas na zonsondergang eten en zijn hierdoor laat gaan slapen.” Emre: „Het is een win-winsituatie. Omdat wij rekening houden met onze medewerkers, schieten zij gauw te hulp als wij dat nodig hebben. Collega’s staan trouwens ook klaar voor elkaar. Onze collega’s hebben allerlei achtergronden: Marokkaans, Ghanees, Surinaams, Ethiopisch. Als collega’s op vakantie of familiebezoek gaan in hun thuisland, gaan ze niet voor tien dagen, maar vier of vijf weken. Dat is voor onze planning wel een dingetje, maar ze stemmen dat samen goed op elkaar af.” Joël: „Ons personeelsbestand is een afspiegeling van de maatschappij, klanten voelen zich hierdoor welkom. Soms kan een klant niet goed onder woorden brengen wat hij zoekt, dan hóp, hoor ik een collega ineens Ghanees of Marokkaans praten en helpen.” Emre: „Laten we trouwens niet vergeten te zeggen dat we ook collega’s hebben van Nederlandse afkomst hè, haha.”
Kraamvisite
Joël: „Toen mijn vrouw en ik ons eerste kindje kregen, bijna drie jaar geleden, besloot ik een andere baan te zoeken. In ons familiebedrijf ging alles continu door, ik wilde werk en privé meer gescheiden houden nu ik vader was. Nu ben ik niet meer dag en nacht bezig, maar de gedrevenheid is er niet minder om. Als managers zijn we direct betrokken bij de operatie, in de winkel en hebben we veel contact met onze collega’s. Dat maakt dit werk leuk.” Emre: „Zo kunnen we onze creativiteit ook kwijt: hoe presenteren we de aanbiedingen? Waar hangen we de displays? Hoe ziet de winkel er aantrekkelijk uit en is het voor de klant overzichtelijk? Ons filiaal is vrij klein, dus we moeten soms een beetje passen en meten. Tegelijkertijd is het bedrijf resultaatgericht. Dat is de uitdaging en houdt ons scherp. Voor dit vak moet je wel een koopman zijn.” Joël: „Zeker, gelukkig houd ik ervan lekker bezig te zijn.” Emre: „Ik zal je missen als je op een dag je eigen filiaal krijgt en hier weggaat. Onze samenwerking is nu al een kroon op mijn werk. Ik heb al eens tegen mijn tienerzoon gezegd: dit soort banden zijn niet met geld te koop. Ik weet zeker dat we elkaar blijven bellen en steunen. Maar eerst kom ik nog op kraamvisite. Door corona is er veel te doen in het filiaal en is dat er nog steeds niet van gekomen.”
Dit artikel is in samenwerking met NRC gemaakt. Je kunt het volledige artikel hier vinden: NRC Advertorial